Nader tot Reve: Nieuwsarchief Naar de homepage van Nader tot Reve
tak
Geduld, Lijdzaamheid en Ambitie
Enige notities na lezing van 'Uren met Joop Schafthuizen' van Nop Maas
12 mei 2021
Wanneer je een groot liefhebber bent van het werk van een schrijver (m/v) is het niet persé een goed idee om die schrijver nader te leren kennen.
Dit geldt primair voor een kennismaking in levende lijve maar ook een indirecte kennismaking, door lezing van een biografie of andere geschriften, kan tot stevige teleurstellingen leiden.
Terugkeer naar het literaire werk kan soelaas bieden.
Het is tamelijk wonderbaarlijk dat bij Nop Maas de liefde voor het werk van Reve overeind is gebleven én dat hij een 3-delige biografie heeft geschreven. De ambitie moet echt wel sterk geweest zijn. Velen zouden al lang zijn afgehaakt en diverse Revologen en kandidaat-biografen zijn dat ook.
Op allerlei plaatsen in de biografie laat Maas subtiel maar onmiskenbaar merken moeite te hebben met Reve als persoon. Ik denk dat de omgang van Maas met de oudere Reve, zoals deels in dit boek beschreven, hier duidelijk debet aan is.
'Hoe ouder hoe wijzer' of 'Hoe ouder hoe gekker'. Met spreekwoorden kun je alle kanten op maar voor Reve lijkt de tweede variant toch wel het meest toepasselijk. Zijn hele leven was hij een buitenbeetje maar na pakweg z'n 50ste kwam (mede onder invloed van de roem en buitensporig drank- en middelengebruik) de gekte wel steeds meer op de voorgrond. Vaak wordt gezegd dat de relatie met Schafthuizen (vanaf 1975, Reve was toen 52) structuur bracht in het leven van Reve maar het was ook een destructieve relatie, met verbaal en fysiek geweld en gaandeweg een steeds sterkere en weinig gezonde onderlinge afhankelijkheid.
De publicatie van 'Uren met Joop Schafthuizen' kan moeilijk anders gezien worden dan als een (late) afrekening van Maas met Schafthuizen. Hier en daar duiken wel wat nieuwtjes op maar de rode draad is toch duidelijk het doen en laten van Joop Schafthuizen tussen 1998 en 2013 en daar valt niet veel positiefs over te melden. Sterker nog: het valt niet mee om door het boek heen te komen.
Tamelijk pijnlijk om te lezen is de mate waarin allerlei mensen rondom Reve/Schafthuizen het stuitende en grensoverschrijdende gedrag van Schafthuizen accepteren om de relatie maar in stand te houden. Met name bij Uitgeverij Veen lijkt men ten koste van alles een breuk (die er uiteindelijk toch komt) te willen voorkomen. Tevens wordt uit het boek van Maas duidelijk dat de Reve-uitgaven Veen financieel niets meer opleverde en bij de breuk rond 2000 moesten er tonnen worden afgeboekt.
De (gedeeltelijk) nieuwe feiten:
- meer duidelijkheid over de machinaties van Schafthuizen rondom de overgang van Veen naar De Bezige Bij. Het gevoel dat Veen niets meer voor ze doet en de kans op nieuwe grote voorschotten lijken de doorslag te hebben gegeven. Reve speelt hierin geen rol van betekenis meer, de dementie is rond 2000 al redelijk gevorderd.
- De Bezige Bij heeft weinig lol gehad van het binnenhalen van Reve. Al snel ontstaat er allerlei gedoe en het wordt ook duidelijk waarom er de laatste 15 jaar amper iets verschenen is: samenwerking met Schafthuizen is vrijwel onmogelijk.
- Dat Maas de biografie geschreven heeft is lange tijd bepaald geen uitgemaakte zaak geweest. Het verhaal naar buiten was dat hij een aantal koffers met vnl. brieven van derden van Reve/Schafthuizen had gekregen en dat dit impliciet een opdracht tot een biografie was maar de weg daarheen was niet vanzelfsprekend:
In eerste instantie was het de bedoeling dat Tom Rooduyn de biograaf zou worden maar die liep om niet geheel duidelijke redenen vast. Maas zit dan al in de coulissen. Vervolgens komt Schafthuizen met het idee om de biografie door 3 mensen te laten schrijven (Maas, Rooduijn en Theodor Holman), een en ander onder de bezielende leiding van Schafthuizen zelf. Dat dit een onzalig plan was behoeft weinig toelichting en Maas zit het uiteraard totaal niet zitten maar blijft wel in de buurt in afwachting van de onvermijdelijke mislukking. Hij schrijft dit niet maar ik vermoed dat hij al die tijd al aan het werk was.
Over het boek zijn diverse recensies verschenen:
In het Parool (22 april 2021) komt Peter van Brummelen met een fraaie analogie aan: Schafthuizen is de Kolonel Parker van de Nederlandse literatuur. (Parker, van Nederlandse herkomst en geen kolonel, was de manager van Elvis Presley. Parker was flink louche, had een ijzeren greep op zijn ster en was het prototype van de foute manager).
Peter van Brummelen: "Maar na lezing van het ontluisterende Uren met Joop Schafthuizen lijkt Parker een lieverdje vergeleken bij Schafthuizen. Nop Maas zet de laatste partner van de in 2006 overleden Reve neer als een enge pedo, onverbeterlijke zuipschuit en paranoïde mensenhater, een regelrechte psychopaat zogezegd."
Bert Keizer in Trouw (2 april 2021): "Het is tegen de etiquette om op afstand een diagnose te stellen van een man of vrouw in de publieke aandacht. Ik zal dan over Schafthuizen alleen zeggen dat een psychiater in zijn functioneren mogelijk herkenbare patronen zou kunnen onderscheiden. Wat hij steeds weer doet is wel voorspelbaar, maar kennelijk ook onontkoombaar, want keer op keer gaan museumdirecteuren, vrienden, vriendinnen, uitgevers, journalisten, redacteurs, makelaars, kunsthandelaren, buren, kennissen en niet te vergeten Nop Maas zelf, met hem in zee. Het begint opgetogen en eindigt altijd, maar dan ook altijd, in oorlog. Waarna het weer opgetogen begint enz. Hij trekt een spoor van vernieling door vele levens, ook zijn eigen leven."
L.H. Wiener op Tzum.nl (27 maart 2021). Uit een brief van Wiener aan Maas: "Ik vind het een fenomenaal document humain, waarmee ik je grotelijks complimenteer. Het is een afstraffing die tegelijkertijd ontroert. Schafthuizen is eigenlijk een diep-tragische, paranoïde gek, een half-analfabetische machtswellusteling en geldwolf, maar hij is toch ook een 'buddy' geweest voor de langzaam in de mist der mensen verdwijnende man, die ooit G.K. van het Reve was."
Tekst: Peter Smeets